Lopend Onderzoek

Waarom is het organiseren van integrale geboortezorg zo ingewikkeld?

Wat is de naam van het onderzoek?

The VOICE study; Variations in Organisation of Integrated CarE. 

Wat onderzoeken we?

Integrale geboortezorg is een erg actueel onderwerp. In de VOICE studie onderzoeken we welke elementen van organisatie van integrale geboortezorgverband hebben met de gezondheid van moeder en kind, met de ervaringen van cliënten en zorgverleners, en met zorgkosten en/of zorgprocessen.

Wat is integrale geboortezorg en hoe organiseer je dat?

Integrale geboortezorg is even actueel als complex. Het blijkt dat er geen eenduidige definitie van integrale geboortezorg is, ook is er geen blauwdruk over hoe je integrale geboortezorg zou moeten organiseren.

.Verschillende partijen (zorgverleners, patiënten/cliënten, verzekeraars en politiek) hebben een verschillende kijk op (organisatie van) integrale geboortezorg en ook allen een (iets) ander beeld bij wat optimale zorg voor alle zwangeren is.  Het ontbreken van een eenduidige definitie plus het bestaan van verschillende perspectieven op integrale geboortezorg maakt dat het organiseren van integrale geboortezorg een lastig onderwerp is.

Binnen de VOICE studie spreken we van integrale geboortezorg wanneer netwerk(en) van verschillende zorgverleners en organisaties binnen de geboortezorg en andere sociale sectoren  samenwerken om toegankelijke en gecoördineerde zorg te verlenen aan vrouwen (en partners) die zwanger willen worden, zwanger zijn en/of maximaal 6 weken geleden bevallen zijn. Daarnaast identificeren we binnen de VOICE studie verschillende elementen van organisatie van integrale geboortezorg. Hierbij kun je denken aan uiteenlopende elementen; van het vormen van een Integrale Geboortezorg Organisatie al dan niet met Integrale Bekostiging, tot het verlenen van Centering Zorg tot het voeren van een gezamenlijk zorgdossier.

Wat is het doel van het onderzoek?

Het doel van het onderzoek is te achterhalen welke elementen van organisatie van geboortezorg een verband hebben met gezondheid van moeder en kind, met ervaringen van cliënten en zorgverleners, met zorgkosten en/of zorgprocessen.

Waarom is dit onderzoek belangrijk?

Zoals hierboven beschreven ontbreekt op dit moment een eenduidige definitie van integrale geboortezorg en is er ook geen consensus over wat optimale zorg voor alle zwangeren is. Hoe integrale geboortezorg georganiseerd zou kunnen worden is hierom dan ook een lastig onderwerp.  Mede ook omdat we onvoldoende weten welk (mogelijk) effect de manier van organiseren heeft op de gezondheid van moeder en kind, ervaringen van cliënten en zorgverleners, de zorgkosten en/of zorgprocessen.

Omdat integrale geboortezorg hoog op de agenda’s van de geboortezorgpartijen staat en iedereen vanuit eigen perspectief een (eigen) belang heeft bij de organisatie ervan ontstaat dan ook vaak een spraakverwarring en onderlinge belangenverstrengeling. Met de VOICE studie willen we inzicht geven in welke elementen van organisatie van integrale geboortezorg daadwerkelijk bijdragen aan betere geboortezorg voor moeder en kind. Hierbij onderzoeken we ook welke onderliggende mechanismen invloed hebben op de organisatie van integrale geboortezorg.

Hoe ziet het onderzoek eruit?

Vanwege het gebrek aan kennis over de organisatie van integrale geboortezorg en de mogelijke effecten hiervan op de gezondheid van moeder en kind, ervaringen van cliënten en zorgverleners, de zorgkosten en/of zorgprocessen, beginnen we de VOICE studie met een Scoping Review. Met een brede maar transparante en gestructureerde search doorzoeken we de literatuur naar manieren van organisatie van integrale geboortezorg en de daarbij beschreven verbanden met gezondheid van moeder en kind, ervaringen van cliënten en zorgverleners, de zorgkosten en/of zorgprocessen.

We bespreken de resultaten uit de literatuur vervolgens met een ‘Community of Practice’, bestaande uit geboortezorgprofessionals en cliënten die samenwerken in regionale Verloskundige SamenwerkingsVerbanden (VSV’s) en Integrale Geboortezorg Organisaties (IGO’s).

We gaan met cliënten, partners, bestuurders, zorgverleners, beleidsmakers en verzekeraars in gesprek over wat er in de praktijk bekend is en ervaren is met betrekking tot het organiseren van integrale geboortezorg en de mogelijke effecten daarvan. Dit is een kwalitatief onderzoek met behulp van focusgroepen en interviews.

Op basis van de opbrengst uit het literatuuronderzoek en de Community of Practice ontwikkelen we vragenlijsten die aan alle VSV’s in Nederland worden voorgelegd. Hiermee hopen we een indruk te krijgen van hoe de geboortezorg in Nederland op dit moment georganiseerd is. Ook dit is kwalitatief onderzoek met behulp van interviews en vragenlijsten.

Op basis van het geleerde  en in samenwerking met de praktijk hopen we tools beschikbaar te kunnen stellen waarmee VSV’s en IGO’s integrale geboortezorg verder kunnen organiseren.

Tot slot onderzoeken we met behulp van DIAPER data (data beschikbaar in samenwerking met RIVM en LUMC) of er een verband is tussen elementen van organisatie van geboortezorg, perined-data, CBS data en Vektis data.

Door wie wordt dit onderzoek gedaan?

Jolanda Liebregts, MSc. is promovenda op de VOICE studie. Prof. Dr. Ank de Jonge en Prof. Dr. Jan Jaap Erwich zijn promotoren. Prof. Dr. Corine Verhoeven en Dr. Katarzyna Burzynska zijn copromotoren. Vanuit verschillende organisaties binnen de geboortezorg is een afvaardiging vertegenwoordigd in de VOICE studiegroep en de VOICE- adviesraad. Met deze brede vertegenwoordiging uit het geboortezorgveld hopen we de resultaten uit de VOICE studie te kunnen duiden en praktisch beschikbaar te maken voor het geboortezorgveld.

Wie kan er meedoen?

De ‘Community of Practice’ is inmiddels samengesteld. Dit is een diverse groep waarin zowel VSV’s als IGO’s, regio’s met meer of minder ziekenhuizen, in stedelijke en plattelandsregio’s, met meer of minder kwetsbare zwangeren vertegenwoordigd zijn.

Vrouwen (en partners) die zwanger willen worden, zwanger zijn en/of maximaal 6 weken geleden bevallen zijn worden via de zorgverleners in hun VSV/IGO gevraagd deel te nemen aan vragenlijsten, interviews en/of focusgroepen. Hierbij nodigen we ook juist vrouwen en partners in kwetsbare situaties uit.

In de loop van het onderzoek worden alle VSV’s en IGO’s in Nederland middels een vragenlijst gevraagd naar hoe hun VSV of IGO georganiseerd is. Hierover volgt te zijner tijd nader bericht.

Wat wordt er verwacht van deelnemers aan dit onderzoek?

Deelnemers (cliënten, partners, bestuurders, zorgverleners, beleidsmakers en verzekeraars) vragen we vanuit eigen ervaring bij te dragen aan de focusgroepen, interviews en vragenlijsten.

Hoe ver is het onderzoek nu?

Er blijkt zeer veel literatuur te bestaan over elementen van organisatie van integrale geboortezorg en de relatie daarvan op uitkomsten voor moeder en kind, ervaringen van cliënten en zorgverleners, zorgprocessen en zorgkosten. We hebben 400 artikelen geïncludeerd en werken nu aan de analyse van deze data.

De Community of Practice is ook in volle gang. In nauwe samenwerking met 4 VSV’s en 2 IGO’s onderzoeken we hoe de organisatie van integrale geboortezorg is vormgegeven. Welke elementen zijn geïmplementeerd, wat werkt daarbij bevorderend en wat belemmerend? Analyse van documenten, observaties van vergaderingen en een netwerkanalyse helpen bij het in kaart brengen van de organisatie in deze VSV’s en IGO’s.

Met vragenlijsten, interviews en focusgroepen worden zowel zorgverleners als cliënten gevraagd naar hun ervaringen met de organisatie van integrale geboortezorg.

Lees meer in de nieuwsbrief Najaar 2023.

Wat heeft het onderzoek uitgewezen?

We zijn druk bezig met het verzamelen van data. Zowel vanuit het literatuuronderzoek als vanuit de Community of Practice.

Met wie kun je contact opnemen voor meer informatie?

Jolanda Liebregts, MSc. Promovenda VOICE studie: j.d.liebregts@amsterdamumc.nl